Als adviseur, onderzoeker en docent/begeleider help ik mensen in organisaties om leerpraktijken op te zetten en de vaardigheden aan te leren die nodig zijn om meer te onderzoeken en ontwerpen. Op die manier ondersteun ik leer- en veranderprocessen in organisaties.

Ik creëer met en voor mensen in organisaties mogelijkheden om vakmanschap en professionaliteit verder te ontwikkelen. Het werk tegemoet treden vanuit een open, lerende houding, zie ik als een grote uitdaging. Samen met collega’s evalueren en reflecteren kan inzicht geven in wat wel en niet werkt. Dat vormt de basis voor het vasthouden en doorontwikkelen van goede praktijken én veranderen van aanpak of gedrag als resultaat uitblijft. Leren in de praktijk vraagt durf, aanmoediging en doorzetten. En als het lukt kan het zoveel betekenen voor iedereen!

Onderzoeken vormt de basis van een nieuwsgierige en lerende houding.
Iedere goede professional is af en toe ook onderzoeker. Als je iets niet weet kun je er altijd achter komen door vragen te stellen en op zoek te gaan. Kijk om je heen en praat met mensen, laat je leiden door hun ideeën en suggesties en ga kijken op allerlei interessante plaatsen.

Onderzoek kan ons helpen om de toekomst te maken, te ontwerpen.
Ontwerpen is de vaardigheid om zelf of samen veranderingen te initiëren, de juiste mensen bij elkaar te zoeken en creatief ideeën te bedenken en uit te proberen.

— Meer weten? Lees de artikelen over wat mij bezig houdt in het werk.

Tips
10 Favoriete onderzoeken
van Cees Sprenger
  • 1Oudere medewerkers in beweging!
    Willen oudere politiemensen nog wel iets nieuws uitproberen?

    Oudere politiemensen willen niet meer van functie veranderen. Vastgeroest! Dat was althans een veelgehoorde klacht van P&O en leidinggevenden bij de politie. We nodigden 15 ‘oudere’ politiemensen uit om te verkennen welke mogelijkheden er voor hen zouden zijn als ze nog eens iets anders zouden willen. Vrijblijvend, zo was de afspraak. Zij bleken het erg leuk te vinden hier en daar kennis te maken of mee te lopen. Na de periode van het onderzoek is de meerderheid iets anders gaan doen. Uit het actieonderzoek kwam naar voren dat mobiliteit in functie of taken niet ontstaat door gesprekken, maar wel door verkenningen hier en daar. En de gelegenheid om zelf aan het roer te blijven zitten bij het nemen van stappen! Lees meer

  • 2Plankzaken opgeruimd!
    Kunnen medewerkers van de politie en OM de enorme berg aangiftes van burgers wegwerken door samen hun krachten te bundelen?

    Al jarenlang is er veel onvrede bij burgers over de manier waarop de politie omgaat met hun aangifte. In heel wat gevallen blijkt namelijk dat er helemaal niets mee gebeurt is of dat het eindeloos duurt! Dat klopt met cijfers die in de media gepubliceerd zijn: 150.000 aangiftes liggen bij de politie ‘op de plank’ (2009).
    Vele onderzoeken te spijt, talloze reorganisaties en maatregelen verder, er bleek niet of nauwelijks enige verbetering in op te treden. Een groep eigenwijze politiemensen vond het welletjes. Zij zagen hoe het proces van afhandelen van aangiftes in vele kleine stukjes is gehakt, die allemaal gevoelig zijn voor fouten en vertraging. Uit eigen ervaring wisten zij dat het mogelijk is aangiftes in grotere hoeveelheden beter af te handelen door met vele collega’s de krachten te bundelen en met meer plezier veel efficiënter te werken.
    Zo ontstond een ‘beweging van onderop’ waar wij als actieonderzoekers ondersteuning bij hebben geboden. Met name door het vakmanschap te bundelen en bij de politietop medewerking te krijgen voor een tegendraadse aanpak. Het heeft ertoe geleid dat oude voorraden zijn weggewerkt en nieuwe aangiftes directer worden afgehandeld. Lees artikel

  • 3Slim vakmanschap
    Meer kans voor goed politie vakmanschap?

    Hoe kan ‘slim’ vakmanschap dat door bureaucratische regels is vastgelopen weer meer kans krijgen?
    In dit onderzoek zijn we op zoek gegaan naar politie vakmensen die het werk slimmer en effectiever willen inrichten. Gedreven, goede en ervaren vakmensen. Het ging daarbij verder dan veranderingen of verbeteringen die ze binnen hun eigen ‘discretionaire ruimte’ kunnen toepassen.
    Een voorbeeld is een politieman die het onhandig vond en zonde van de tijd om psychiatrische patiënten die overlast plegen mee te nemen naar het bureau. In de praktijk betekende de aanhouding dat zowel de arrestant als de twee dienders minstens 3 uur vast zitten op het bureau. ’s Avonds zijn er nl geen andere collega’s die arrestanten kunnen bewaken. Na 3 uur kan er pas iemand van de  crisisopvang ‘beoordelen’ wat er met de arrestant moet gebeuren. Dat is meestal vrijlaten en terugbrengen naar instelling of huis.
    Het actieonderzoek bestond eruit dat onderzoekers de politiemensen hielpen om de slimme ideeën van dienders onder de aandacht te brengen bij collega’s, ondersteuners, leidinggevenden en soms ook partners van de politie. Het effect was dat meerdere betrokkenen over de procedures die zij bewaken ‘heen kunnen kijken’ door meer en beter met elkaar in gesprek te gaan. En het vakmanschap van elkaar benutten om tot andere en betere aanpakken van politiewerk te komen. Lees artikel

  • 4Docent zijn vak terug!
    Hte lijkt hier wel een onderwijsfabriek geworden. Kunnen we ons vak weer terugkrijgen?

    Er komen klachten binnen van studenten, vooral rond lessenuitval en fouten in de planning. Docenten geven aan dat ze lang niet alle studenten meer kennen, soms geven ze maar vier uur les aan een groep in een kwartaal. De ondernemingsraad van deze instelling vond dat het tijd was voor ‘de docent zijn vak terug’. De directie deelde dit standpunt.
    Als onderzoeker konden we bijdragen door het gesprek over het vak en de rol van de docent ook binnen de organisatie op gang te brengen. We kozen ervoor om een week van de dialoog, binnen de muren van de school, te organiseren. Er zijn 25 docenten opgeleid om dialoog gesprekken te begeleiden en vervolgens hebben er circa 40 dialogen plaatsgevonden over ‘de docent zijn vak terug’ waar rond de 170 docenten aan deelnamen.
    Onderzoekers hielpen de week van de dialoog voorbereiden en observeerden de gesprekken. Uit onze analyse kwamen de kernpunten naar voren die docenten belangrijk vonden voor de ontwikkeling van hun eigen vak en de schoolorganisatie als geheel. De belangrijkste uitkomst was dat docenten meer contact willen met studentengroepen en meer invloed op de planning en roostering van onderwijs.

  • 5Community of Intelligence
    Bouwen aan horizontale uitwisseling van informatie

    Intelligence is het vermogen  om informatie te gebruiken voor het politiewerk. Dit vermogen zit deels in het verzamelen, analyseren en gebruiken van informatie. Intelligence is echter ook voor een belangrijk deel sociaal kapitaal. De effectiviteit van Intelligence wordt mede bepaald door de wijze waarop politiemensen met elkaar kunnen samenwerken en onderling informatie kunnen delen en genereren.
    In dit onderzoek was de opdracht om te verkennen hoe dit sociaal kapitaal binnen de politie verder tot ontwikkeling zou kunnen komen. Naar analogie van de Community of Practice gedachte (Etienne Wenger) hebben we dit sociaal kapitaal de Community of Intelligence genoemd. Als onderzoeksaanpak hebben we principes van learning history gebruikt. We zijn uitgegaan van een waarderende aanpak door op zoek te gaan naar goede voorbeelden uit de praktijk. Cases waarin het duidelijk is dat men het sociaal kapitaal heeft weten te benutten om een probleem of fenomeen aan te pakken. We hebben verhalen gereconstrueerd aan de hand van gesprekken met steeds meerdere betrokkenen.
    Na het onderzoek is er binnen de politie actief gewerkt aan het tot stand brengen van een Community of Intelligence volgens de principes die uit de verhalen naar voren zijn gekomen.

  • 6Terugdringen van administratieve lasten
    Kunnen politiemensen minder tijd besteden aan kantoorwerk en daardoor meer tijd op straat doorbrengen?

    ‘Meer blauw op straat’ is een veelgehoorde kreet in politiek en media. Uit onderzoek blijkt dat politiemensen veel tijd doorbrengen op het bureau om alle verrichtingen die zij op straat hebben gedaan vast te leggen in de systemen. Lang niet al die registraties ervaren zij als zinvol politiewerk.
    Er is al veel onderzoek gedaan naar dit verschijnsel. De focus van dat onderzoek is meestal inhoudelijk van aard. Het gaat erom inzicht te krijgen in welke handelingen overbodig zijn en hoe de procedures en registraties vereenvoudigd kunnen worden om administratieve lasten terug te dringen.
    In dit onderzoek wilden we agenten mobiliseren en hen zo de kans bieden om meer tegenkracht te bieden bij het ontwikkelen of beoordelen van registratie- en afhandelingsprocdures. We vormden een ‘research-community’ van 30 agenten werkzaam in 7 teams en vroegen hen 3 weken lang iedere dag via twitter (politie+, een versie van twitter binnen de politie) elkaar te laten weten welke ‘verwondermomenten’ zij hebben als het gaat om administratieve lasten. We analyseerden de berichten, bespraken dit met de community en kwamen zo tot een top 5 van verwondermomenten. Ieder team koos een of twee punten om over in gesprek te gaan met de leidinggevende en de verantwoordelijke voor vermindering van administratieve lasten.
    Slechts heel weinig agenten wilden zich in deze gesprekken mengen, ze vonden het de verantwoordelijkheid van hun leidinggevenden of deskundigen om het werk te verbeteren. Hun voorkeur ging ernaar uit om zoveel mogelijk werk op straat te doen…

  • 7Inzet op maat
    Zijn er ook oudere politiemedewerkers die waarde toevoegen met hun kennis en ervaring? Hoe doen ze dat?

    Zijn oudere collega’s zuurpruimen die zwak, ziek of misselijk zijn? Of zijn het mensen met veel ervaring, wijsheid en vakmanschap die anderen de weg kunnen wijzen?
    Vergrijzing is een actueel vraagstuk. Mensen werken steeds langer en de vraag is of ouderen ook later in hun loopbaan nog voldoende vitaal zijn om een goede bijdrage te leveren. In dit onderzoek zijn we op zoek gegaan naar ouderen die volgens hun leidinggevenden, collega’s en henzelf daadwerkelijk toegevoegde waarde hebben. We zijn met hen en mensen uit hun omgeving in gesprek gegaan om te achterhalen welke factoren en randvoorwaarden een rol spelen bij deze ‘duurzame inzetbaarheid’ van oudere medewerkers.
    Uit dit onderzoek naar succesvolle oudere werknemers kwam naar voren wat de cruciale factor voor de inzetbaarheid van ouderen is: psychisch-emotionele belastbaarheid. Het gaat erom dat oudere medewerkers, teamleden en leidinggevenden elkaar goed ‘in de gaten houden’ en op basis daarvan rekening (kunnen en mogen) houden met de kwalitatieve inzet. De fysieke beperkingen van ouderen vallen daarmee in het niet bij de collegiale toegevoegde waarde, collegaschap, die zij kunnen bieden.

  • 8Kennismanagement ...
    Is het vooral een mode woord of werkt het ook echt?

    In een van de ministeries is al jarenlang aandacht voor kennismanagement. Nadat een commissie een verkenning heeft gedaan is er een werkgroep die een beleidsnotitie en plan van aanpak heeft geschreven. De uitvoering van het kennismanagement is vooral overgelaten aan de leidinggevenden binnen de organisatie.

    Men vroeg ons een evaluatieonderzoek uit te voeren naar het kennismanagement. We kozen er in overleg voor om een brede groep medewerkers actief bij deze vraag te betrekken. Medewerkers konden meedoen aan dialoog gesprekken over het onderwerp. We gebruikten hier het principe van de waarderende dialoog. Tijdens deze gesprekken wisselden medewerkers hun ervaringen uit over kennis delen, formuleerden ze een gemeenschappelijke droom (als we hier altijd kennis zouden delen dan, …) en gaven ze aan welke stappen zij zelf belangrijk vonden om meer kennis te delen.

    Aansluitend aan de dialogen vroegen we medewerkers op een aantal eenvoudige evaluatievragen antwoord te geven, waardoor we ook een kwantitatieve score voor kennismanagement kregen. Het onderzoek bleek heel goed te verwoorden wat er in de organisatie leefde en hielp om kennismanagement op een heel andere leest te schoeien.

  • 9Leerlingen mede aan het roer in de school
    Onderzoek als vorm van participatie

    Condell Park High School is een scholengemeenschap voor voortgezet onderwijs in Sydney. Condell wilde leerlingen betrekken bij de schoolontwikkeling. Als onderdeel daarvan werden leerlingen gevraagd in de rol van onderzoekers of medeonderzoekers. Zo werden zij betrokken bij  de vormgeving van de school als leefgemeenschap. De leerlingen vormden samen de Steering Commitee (SC).

    Met hulp van leerkrachten organiseerde de SC een onderzoeksdag met alle leerlingen uit één leerjaar. Zij onderzochten wat leerlingen en ouders belangrijke omgangsvormen vinden binnen de school en wat leerlingen verstaan onder aansprekend onderwijs. De leden van de SC deden dat door groepsinterviews af te nemen over de identiteit van de school. De ervaringen werden als podcast opgenomen. Vervolgens kregen de leerlingen een schrijfopdracht over de leeromgeving. OP grote vellen papier konden ze teksten of foto’s neerplakken over plaatsen waar ze wel of juist niet graag leren.

    Tot slot werden leerlingen in focusgroepen gevraagd om na te denken over leeractiviteiten die zij prettig vinden en wat zij nodig achten voor goede leeractiviteiten. Op basis van de analyse van deze activiteiten presenteerde enkele weken later de SC de conclusies aan leraren en schoolleiding. Kort samengevat was hun aanbeveling: KERF: Know students individually, Encourge the students, Respect the students en make learning Fun. (Verbeek, G en P. Ponte – Participatie in het onderwijs, Boom Lemma 2014)

  • 103 dagen groene smoothies
    Gezondheid verbeteren samen met familie en vrienden

    Victoria Boutenko, een psyciather die samenwerkt met Harvard Medical School, leed aan hartritme stoornissen en haar gezinsleden waren ook niet gezond. Ze las dat chimpansees voor 99,4% hetzelfde DNA hebben als mensen en gezond blijven doordat ze vele verschillende soorten bladgroenten en vruchten eten. Ze besloot om zelf, met haar gezin, 30 dagen uit te proberen of een dagelijkse mix van gemalen bladgroenten en vruchten, in de vorm van een groene smoothie, haar hartproblemen zou helpen oplossen.

    De groene smoothie werkte fenomenaal! Ze vertelde hierover aan vrienden en veel mensen gingen het uitproberen. Een bevriende arts nodigde haar zelfs uit om een college over voeding te komen geven voor geïnteresseerde mensen, een groep familie en vrienden. Ze bereidde met veel enthousiasme een college voor en na afloop melden zich spontaan 27 mensen aan om elke dag, een maand lang, een groene smoothie te drinken bij het ontbijt.

    Alle participanten bleken geen dag hun groene gezonde glas drinken gemist te hebben en bij navraag bleek dat ze veel voordeel hadden ervaren door mee te doen aan het experiment.  Zo voelden ze meer energie, hun depressies waren verminderd, minder fluctuatie in bloedsuiker (‘vreetbuien’), betere darmwerking, minder slapeloosheid etc, etc.

    Een mooi voorbeeld van hoe respondenten die deelnemen aan een onderzoek zelf kunnen leren om hun gedrag te veranderen!

    (Victoria Boutenko  – Green for life, North Atlantic Books, 2005)

Contact

Cees Sprenger

Emailadres
cs@ceessprenger.nl

Telefoonummer
06-53154761

Adres
Maliebaan 45
3581CD Utrecht

Stuur mij een bericht